Klink, klonk, geklonken
Klink, klonk, geklonken
Klink, klonk, geklonken
Ik ween om CDA'ers die in groot vertrouwen
Ooit geloofden in hun leiders te Den Haag
Bleef het toch stil bij een benauwde vraag
Dan konden zij devoot de handen vouwen
waarvan ze nu nerveus de vingernagels kauwen
Ik hoor en zie ze knarsetanden; dof geklaag
tot hard gemopper, vloekjes en gedonderjaag
Hese kelen: grauwen, snauwen, zachtjes rouwen
Tevergeefse hartenkreten van oude prominenten
Gepensioneerde mastodonten, olifanten
op wie de CDA'ers vroeger klonken, dronken
Ze wisten van de hoed, de rand, van wanten
De zomer is voorbij, wordt het ooit nog lente?
Klink klonk, heeft hij voorgoed geklonken?
Aar Noordam Rijmer des Vaderlands
Uit: politieke sonnetten
Foto: www.parlement.com
7 september 2010

- ‹ vorige
- 80 van 135
- volgende ›